Ordenen

Structuur

Welke soort het ook is: het sorteert en schikt. Overal is het een jewelste van op- en verdelen. Talloze systemen en structuren zijn voorhanden, sterker nog: we zitten er letterlijk vol mee. Het zit verankerd in ons dna. Zoals de rij van Fibonacci, een wiskundige ordening bij veel soorten in de natuur met een specifieke getallenreeks. De rij vind je bijvoorbeeld terug in onze vingerkootjes, in blaadjes van bloemen, de verdeling van takken en de opbouw van planten: 0-1-1-2-3-5-8-13-21- en verder. Ook de meetkundige verhouding De gulden snede, die al in de Oudheid was gezien en die veel mensen als esthetisch ervaren, is hiervan afgeleid. En dit is dan maar één stukje wiskunde van een structuur die in en om ons heerst.

Tegenstelling

Als ik ga ordenen, begin ik vaak met sorteren op soort: geel bij geel en rood bij rood. Vervolgens zet ik het in tegenstellingen apart.  Klein of groot, licht of donker. Wel zo overzichtelijk. De volgende stap is rangschikken. Leg wat knopen of munten neer en vraag me het te organiseren. Geheid dat ik dat doe van klein naar groot, van licht naar donker of van minder waard naar meer.

Meta

Op metaniveau zie ik een samenleving die op allerlei manieren geschikt is. Of het nou een wereldje in het klein is of de samenleving als geheel. Met tegenstellingen als jong of oud, vrouw of man, rijk of arm, je doet seks zus of seks zo en je hebt zelfs prik wel of prik niet. Omdat ordenen bij de mens zo ingebakken zit, willen mensen graag dat wat zomaar gebeurt – de boze buitenwereld- ook terugbrengen tot een herkenbaar opdeelsysteem.

Schikdrang

Kortom, ook in het grotere geheel heerst rangschikdrang. Al gauw komt het daar neer op: jij doet wel mee en jij niet. Het bepaalt tot welke tree jij de trap mag beklimmen en ook telt tot welke groep je behoort mee. Jouw opleidingsniveau, sekse, kleur of religie doen er toe. En niet onbelangrijk, er horen rechten en plichten bij die rangen, waarbij de hoogste rang meer rechten heeft en de laagste meer plichten.

Pikorde

Vrijwel iedereen wil bij de bevoorrechten van de groep horen. Daardoor houdt zo’n systeem zichzelf in stand. Veel mensen streven naar een plekje op een hogere lat, want – is de gedachte – dan beschik je over meer geld, status en invloed op hoe je je leven kan inrichten. Velen denken dat ze die plek bereiken door inspanning. Het credo luidt: “Kwaliteit komt altijd bovendrijven”. Maar is dat wel zo? Hoe beland je eigenlijk op de hoogste plek binnen de pikorde? Vaak moet je voldoen aan een aantal kwalificaties. Kenmerkend daarbij is dat die competenties vaak door slechts een deel van de groep zijn bedacht, niet toevallig net dat deel dat zelf die kenmerken heeft.

Positieve discriminatie

Laat ik een voorbeeld geven van een rangorde waar onze maatschappij mee doordrenkt is. We hebben er nog allemaal mee te maken. Een tijd geleden bedacht een klein groepje mensen dat je om mee te mogen praten man en opgeleid moest zijn en/of in het juiste nest geboren; het juiste soort nest hen zeer bekend. Op een gegeven moment bleek het niet zo handig systeem, want mensen die niet over die specifieke kwalificaties beschikten konden niet meedoen. En dat waren er best een hoop. Vrouwen bijvoorbeeld en arbeiders en mensen met een andere kleur. Bij elkaar opgeteld mocht een flink deel niet meepraten.

Kwaliteit

Die mensen werden het zat en gingen protesteren. Er kwam beweging op gang al duurt veranderen lang. Stukje bij beetje zijn eigenschappen waaraan je moet voldoen opgerekt, Waarbij er wel voortdurend zorgen leven over de capaciteiten. Want krijg je met al dat andere volk wel het beste? Je hoort dan ‘kwaliteit’  in dezelfde zin als ‘positieve discriminatie’. Want is positieve discriminatie nou wel zo’n goed idee? Gaat het niet ten koste van kwaliteit? Komen mensen er dan wel op eigen kracht? Opvallend vaak zijn het de mensen die al een positie hebben die die vragen stellen, wat op zichzelf best ironisch is. Omdat je die vraag nooit hoort bij de groep mensen die decennia lang de vruchten heeft geplukt van positieve discriminatie en nu een beetje moesten opschikken. Je kan de brutale omdraaiing zien als handige framing.

Zootje ongeregeld

Desalniettemin is het herschikken al een tijdje aan de gang; het is een steeds sterker wordende kracht. Je kunt rustig stellen dat het tegenwoordig kolkt en gonst. Met talloze op identiteit gebaseerde discussies die in de kern gaan over: ”Tel je mij ook mee?” Omdat sekse, etniciteit, seksuele geaardheid er al lange tijd toe doet, zijn dit de lijnen waarlangs het debat zich afspeelt. Best een ingewikkeld gedoe eigenlijk. In de samenlevende verzameling mensen komen er meer deelverzamelingen bij, in de hoop dat we straks minder soorten nodig hebben.

Ondertussen blijf ik verlangen naar een tijd dat we minder namen nodig hebben om elkaar te schikken.