Buren. Op de eerste lentedag komen ze weer tevoorschijn. Ik hoor ze. Ik ruik ze. De buurman steekt de barbecue aan, het stel in het bovenhuis achter – nog zonder kinderen – geeft een feestje, een buurvrouw houdt van zingen. Ik raak bekend met hun ritmes en gewoontes. Als ik alleen in mijn tuin zit, volg ik onbedoeld en met enige gêne hun gesprekken.
Bij fotojournalist Jeff loopt zo’n zelfde situatie uit de hand. Het is bloedheet als hij met zijn been in het gips thuis zit. In zijn rolstoel achter het raam van zijn appartement in New York kijkt hij uit op een binnenplaats, waaraan een aantal woningblokken grenzen. De bewoners hebben de ramen van de huizen wijd open gezet en de fotograaf kan de dagelijkse gang van zijn buren goed volgen.
Rear Window
James Stewart speelt Jeff in de meesterlijke Hitchcock klassieker Rear Window, een veelvuldig geciteerde speelfilm uit 1954. Hij is getuige van een moord in zijn woonblok. Althans dat denkt hij, maar is dat wel zo? Ik weet het niet meer, ik heb de film meerdere keren gezien en ik vergeet elke keer weer hoe het afloopt. De film is zo goed, dat dát er weinig toe doet.
Het verhaal speelt zich af op een oppervlakte van ongeveer vijfentwintig vierkante meter, het decor is een vrij letterlijke vertaling van een binnenplaats in Greenwich Village. Jeff kijkt uit op de tuintjes en de rommelige achterkanten van de woningen. De façades van de panden zijn uit het zicht. Zou hier dan het ongekuiste leven te zien zijn? Achter een smalle steeg vangt hij nog een glimp op van de drukte van de stad. Zijn enige contact met de buitenwereld is de telefoon en drie bezoekers: de verpleegster, een bevriende detective en zijn elegante vriendin Lisa, gespeeld door Grace Kelly.
Perspectief
Dit begrensde decor vormt het perspectief van de hoofdpersoon. Zijn blik vertelt het verhaal, letterlijk en figuurlijk: zijn kijkrichting, zijn karakter en zijn gemoedstoestand bepalen wat hij ziet. De setting staat vast en het camerastandpunt is beperkt. Weinig dynamisch zou je zeggen. Toch wel, deze ingrediënten gebruikt Hitchcock ,‘The Master of Suspense’, virtuoos in een gelaagde spanningsopbouw. Waarbij de grote vraag is: klopt het wat Jeff meent te zien?
Meestal is de fotojournalist van huis, hij reist de wereld over voor zijn foto’s. Hij vreest het gevaar niet, zijn laatste opdracht leverde hem een gebroken been op. In zijn werk is Jeff als een fly on the wall onzichtbaar aanwezig. Thuis heeft zijn leven zich vernauwd tot de kleine biotoop van de binnenplaats. Ook hier kan hij – met zijn fototoestel met telelens- onopgemerkt observeren. Waar hij eerder in naam van de journalistiek het leven registreerde, wordt hij nu een voyeur die zijn verveling probeert te verdrijven.
Zeventig jaar geleden vond men gluren nog ongepast – voor de zekerheid meld ik het even. Het voyeurisme van de hoofdpersoon gaf de film een ondeugende twist; hoe immoreel is hij eigenlijk zelf? Als je je bedenkt hoe dun tegenwoordig de scheidslijn tussen publiek en privé is, zien we dat nu anders. Sterker nog: wie ben je eigenlijk als je niet bekeken wordt?
Herkenbare verhalen
Aanvankelijk is de fotograaf slechts een afstandelijk waarnemer. Maar al snel raakt hij betrokken bij zijn onbekende buren en geeft hij ze namen. In eerste instantie lijkt er weinig te gebeuren op de binnenplaats, pas als hij inzoomt blijkt er van alles te spelen. Je ziet de levens van de buren met kleine en herkenbare verhalen, die ook de thema’s van het hoofdpersonage reflecteren. In het blok woont een pianist die hetzelfde liedje keer op keer speelt, vindt hij het ooit goed genoeg? Zijn buurvrouw is een danseres. Ze ontvangt mannen die ongegeneerd haar getrainde lichaam bewonderen, is dat hoe ‘Miss Torso’ hogerop wil of moet komen? Aan de overkant woont ‘Miss Lonely Heart, een vrouw alleen. Ze dekt voor twee. Heeft ze de liefde niet toegelaten en doet ze nu dan maar alsof? In een appartement naast hem komen ‘Newly Weds’ wonen die niet van elkaar af kunnen blijven. Het duurt niet lang of de gordijnen zijn steeds langer open en Jeff hoort hun eerste ruzie. Tegenover hem woont een handelsreiziger met zijn vrouw. Je ziet een huwelijk in zijn nadagen: een bedlegerige vrouw en een vaak afwezige man.
Romantiek mag in een Hollywoodklassieker niet ontbreken. Jeff twijfelt of hij zich moet binden aan zijn ogenschijnlijk perfecte vriendin. Lisa’s wereld is mondain en zijn carrière – ergens op de wereld maar niet daar- vertegenwoordigt voor hem het echte avontuur. Als kijker denk je dat ze voor elkaar gemaakt zijn. Hij denkt van niet. Kijk je wel goed naar haar, Jeff?
het kleine schuilt in het grote
De setting vind ik prachtig. Je kijkt naar mensen die toevallig naast elkaar wonen. Wat ze in elk geval gemeen hebben is dat ze dezelfde binnenplaats delen. Maar dit kleine oppervlak is ook het toneel van grote contrasten. Je ziet mensen die vol in het leven staan naast mensen die verloren ogen. Mensen die pas in gezelschap opleven naast mensen die zichzelf prima vermaken. Er wonen succesvolle mensen wiens carrière al staat en mensen die er nog moeten komen. Mensen die de liefde willen vinden, anderen die elkaar hebben gevonden en degenen bij wie de vlam is gedoofd. Het bestaat allemaal naast elkaar. Hoe het leven kan zijn, klinkt door in verschillende toonsoorten. Deze schakering ontroert me.
Nu de fotograaf nauwelijks afleiding heeft, gaat hij grote verhalen in het kleine zien. Waar is de ziekelijke vrouw ineens gebleven? Wat doet haar echtgenoot met die grote koffer? Heeft hij deze nodig voor zijn beroep of zeult hij daarin een lijk weg? Jeff bijt zich vast in een verhaal en ziet alleen de aanwijzingen die zijn beeld bevestigen. Is het tunnelvisie of klopt zijn intuïtie? Jeff is dynamiek gewend- hij wil wat meemaken. In hoeverre kleurt dat zijn blik? Ziet hij wat hij meent te zien omdat hij wil dat er wat bijzonders voorvalt of gebeurt het ook echt? Zijn bezoekers nemen zijn gedachtespinsels met een korreltje zout. Hij bijt zich steeds verder vast in zijn overtuiging en gaandeweg krijgt hij ze mee.
Rear Window geeft niet alleen een mooi sfeerportret van een verdwenen tijd, de klassieker zet je ook over de huidige tijd aan het denken. De kernvraag in de film is: klopt het wat de hoofdpersoon meent te zien? Diezelfde vraag kun je stellen bij een fenomeen als complotdenken, dat na de isolatie in de coronaperiode zo’n vlucht heeft genomen, aangezwengeld door de informatiebubbels op sociale media en de opkomst van nepnieuws en AI. Deze actuele ontwikkelingen vragen veel van ons kritisch vermogen, een haast onmogelijke opgave. Waarheen sturen jouw overtuigingen jouw blik? Welke aanwijzingen bevestigen jouw kijk? Welke tekens heb je gemist? Is het zo simpel als het lijkt? Of ingewikkeld? Soms wel. Maar vaak ook niet. Ook Jeff heeft het niet altijd bij het rechte eind.
In het volle licht
Als Hitchcock alle ingrediënten heeft opgediend, versnelt het plot. Jeff intervenieert in de levens van zijn buren, met de hulp van zijn bezoekers en de telefoon. Waar aanvankelijk de taferelen binnenshuis plaatsvinden en de bewoners alleen gericht zijn op hun eigen bezigheden, maken ze nu onderling contact en worden ze zich bewust van wat er bij de buren gebeurt. Jeff blijft ook niet langer onopgemerkt bij de verdachte buurman. De gebeurtenissen stapelen zich op, de tijd gaat sneller en we bewegen richting een spannend slot. Nu zullen we het weten: heeft de buurman zijn vrouw omgebracht?
Hoe Rear Window eindigt? Het is al even geleden dat ik de film heb gezien en zoals gezegd, ik weet het niet meer. Ik herinner me wel dat Lisa het avontuur niet schuwt (zie, de fotograaf en zijn elegante vriendin zijn voor elkaar geschapen). Ze gaat op onderzoek uit en ondertussen moet Jeff vanuit zijn stoel toezien hoe Lisa – niet echt voor de gelegenheid gekleed in een chique lichtgekleurde jurk – zichzelf in gevaar brengt, terwijl hij fysiek niet in staat is haar te helpen. Dat moet voor een mannelijk filmpersonage uit die tijd een harde dopper zijn. Ik weet nog dat het allemaal goed afloopt, het blijft tenslotte een Hollywoodfilm. Eentje die staat als een huis, ook na zeventig jaar.